Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Beschützer:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Beschützer (Duits) in het Nederlands

Beschützer:

Beschützer [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Beschützer (wer beschützt)
    de beschermer; wie beschermt
  2. der Beschützer (Gönner; Schirmherr; Vorgesetzte; Förderer)
    de mecenas; de beschermheer

Vertaal Matrix voor Beschützer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beschermer Beschützer; wer beschützt
beschermheer Beschützer; Förderer; Gönner; Schirmherr; Vorgesetzte
mecenas Beschützer; Förderer; Gönner; Schirmherr; Vorgesetzte
wie beschermt Beschützer; wer beschützt

Wiktionary: Beschützer


Cross Translation:
FromToVia
Beschützer beschermer; beschermheer; behoeder protector — someone who protects or guards