Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Busen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Busen (Duits) in het Nederlands

Busen:

Busen [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Busen (Brüste; Brust)
    prammen; de tieten; de borsten; de boezem
    • prammen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • tieten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • borsten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • boezem [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Busen (Brust)
    de borst
    • borst [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Busen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boezem Brust; Brüste; Busen Abflußkanal; Abführkanal; Abwasserkanal; Kanal; Kanalisation
borst Brust; Busen
borsten Brust; Brüste; Busen
prammen Brust; Brüste; Busen
tieten Brust; Brüste; Busen

Synoniemen voor "Busen":


Wiktionary: Busen

Busen
noun
  1. Anatomie: die weibliche Brust als Ganzes oder speziell der Raum zwischen den einzelnen Brüsten

Cross Translation:
FromToVia
Busen boezem bosom — chest, breast
Busen boezem; schoot sein — Traductions à trier suivant le sens