Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Dachdecken:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Dachdecken (Duits) in het Nederlands

Dachdecken:

Dachdecken [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Dachdecken (Decken)
    het dekken; dakdekken
    • dekken [het ~] zelfstandig naamwoord
    • dakdekken [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Dachdecken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dakdekken Dachdecken; Decken
dekken Dachdecken; Decken
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dekken bedecken; überdachen