Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Dienstbefehle:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Dienstbefehle (Duits) in het Nederlands

Dienstbefehle:

Dienstbefehle [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Dienstbefehle (Auftrag)
    de opdracht; het consigne; het mandaat; de lastgeving
  2. der Dienstbefehle (Vollmachten)
    het mandaat; het bevelschrift; de lastbrief

Vertaal Matrix voor Dienstbefehle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bevelschrift Dienstbefehle; Vollmachten Anweisung; Auftrag; Befehl; Erlaß; Instruktion; Kommando; Weisung; Zwangsbefehl
consigne Auftrag; Dienstbefehle Anweisung; Auftrag; Befehl; Erlaß; Instruktion; Kennwort; Kenwort; Kommando; Losung; Parole; Stichwort; Weisung; Zwangsbefehl
lastbrief Dienstbefehle; Vollmachten Autorisation; Bevollmächtigung
lastgeving Auftrag; Dienstbefehle Auftrag; Autorisation; Bevollmächtigung; Mandat; Vollmacht
mandaat Auftrag; Dienstbefehle; Vollmachten Auftrag; Autorisation; Bevollmächtigung; Ermächtigung; Mandat; Prokura; Vollmacht; Wahlmandat; Zahlungsanweisung
opdracht Auftrag; Dienstbefehle Anweisung; Auftrag; Befehl; Erlaß; Instruktion; Kommando; Weisung; Zwangsbefehl