Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Freßsack:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Freßsack (Duits) in het Nederlands

Freßsack:

Freßsack [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Freßsack (Vielfraß; Nimmersatt)
    de gulzigaard; de veelvraat; de vreetzak; de slokop; de schrokop
    • gulzigaard [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • veelvraat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vreetzak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • slokop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schrokop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Freßsack (Dicksack; Fettsäcke; Fettkloß; )
    de dikzak; de papzak; de dikkerd; de vetzak
    • dikzak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • papzak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dikkerd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vetzak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Freßsack:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dikkerd Dickerchen; Dicksack; Dickwanst; Fettkloß; Fettklöße; Fettsack; Fettsäcke; Freßsack
dikzak Dickerchen; Dicksack; Dickwanst; Fettkloß; Fettklöße; Fettsack; Fettsäcke; Freßsack
gulzigaard Freßsack; Nimmersatt; Vielfraß
papzak Dickerchen; Dicksack; Dickwanst; Fettkloß; Fettklöße; Fettsack; Fettsäcke; Freßsack
schrokop Freßsack; Nimmersatt; Vielfraß
slokop Freßsack; Nimmersatt; Vielfraß
veelvraat Freßsack; Nimmersatt; Vielfraß
vetzak Dickerchen; Dicksack; Dickwanst; Fettkloß; Fettklöße; Fettsack; Fettsäcke; Freßsack
vreetzak Freßsack; Nimmersatt; Vielfraß
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
veelvraat Vielfrasz