Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Friese:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Friese (Duits) in het Nederlands

Friese:

Friese [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Friese
    de Fries
    • Fries [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Friese:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Fries Friese

Wiktionary: Friese

Friese
noun
  1. Einwohner Frieslands (an der Nordseeküste), der neben Platt- und Hochdeutsch das Friesische spricht
Friese
noun
  1. Persoon

Cross Translation:
FromToVia
Friese Fries Frisian — person from the Dutch province of Friesland