Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal Geber

Vertaal Geber van Duits naar Nederlands

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Geber:
- gever; deler; geefster; deelster
Wiktionary:
- Geber → gever

Duits

Uitgebreide vertaling voor Geber (Duits) in het Nederlands

Geber:

Geber [der ~] zelfstandig naamwoord

der Geber (Schenker; Spender)
de gever; de deler; de geefster; deelster
- gever [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- deler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- geefster [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- deelster [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Geber:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
deelster	Geber; Schenker; Spender
deler	Geber; Schenker; Spender
geefster	Geber; Schenker; Spender
gever	Geber; Schenker; Spender

Synoniemen voor "Geber":

Spender; Stifter; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ

Wiktionary: Geber

Cross Translation:

From	To	Via
• Geber	→ gever	↔ dealer — the person who deals the cards in a card game