Duits

Uitgebreide vertaling voor Genußmittel (Duits) in het Nederlands

Genußmittel:

Genußmittel [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Genußmittel (Droge; Rauschgift)
    de drug; het genotmiddel; stimulerend middel; opwekkend middel
  2. Genußmittel (Gebrauchsartikel)
    het consumptieartikel; verbruiksartikel; het consumptiegoed

Vertaal Matrix voor Genußmittel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
consumptieartikel Gebrauchsartikel; Genußmittel
consumptiegoed Gebrauchsartikel; Genußmittel Konsumgut
drug Droge; Genußmittel; Rauschgift Droge; Rauschgift
genotmiddel Droge; Genußmittel; Rauschgift
opwekkend middel Droge; Genußmittel; Rauschgift
stimulerend middel Droge; Genußmittel; Rauschgift Anregungsmittel
verbruiksartikel Gebrauchsartikel; Genußmittel

Computer vertaling door derden: