Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gequengel (Duits) in het Nederlands

Gequengel:

Gequengel [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Gequengel (Getratsche; Gejammer; Genörgel; Geleier; Gequake)
    het gezeur; het gemekker; het gezanik
    • gezeur [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gemekker [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gezanik [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. Gequengel (Herumtollen; Geschwätz; Klönen; )
    geravot; de stoeipartij; de stoeierij; het gedonderjaag; het gestoei

Vertaal Matrix voor Gequengel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gedonderjaag Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen
gemekker Gejammer; Geleier; Genörgel; Gequake; Gequengel; Getratsche Geblök; Gefasel; Gejammer; Geklage; Geleier; Gemecker; Gemäcker; Gemäh; Genörgel; Klagen; Quengelei; Stöhnen
geravot Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen
gestoei Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen
gezanik Gejammer; Geleier; Genörgel; Gequake; Gequengel; Getratsche Gemecker; Geschwatze; Getratsche
gezeur Gejammer; Geleier; Genörgel; Gequake; Gequengel; Getratsche Gefasel; Geleier; Gemecker; Gepfusche; Gequake; Geschmiere; Geschwatze; Gesudel; Getratsche; Pfuscherei; Quengelei
stoeierij Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen
stoeipartij Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen

Computer vertaling door derden: