Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Gummibaum:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gummibaum (Duits) in het Nederlands

Gummibaum:

Gummibaum [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Gummibaum (Ficus)
    de ficus
    • ficus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Gummibaum (Kautschukbaum)
    de rubberboom

Vertaal Matrix voor Gummibaum:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ficus Ficus; Gummibaum
rubberboom Gummibaum; Kautschukbaum