Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Hinreise:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hinreise (Duits) in het Nederlands

Hinreise:

Hinreise [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Hinreise
    de heenreis; de uitreis
    • heenreis [de ~] zelfstandig naamwoord
    • uitreis [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Hinreise (Hinfahrt)
    enkele reis
  3. die Hinreise (Hinfahrt)
    de heenweg; heenrit
    • heenweg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • heenrit [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Hinreise:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enkele reis Hinfahrt; Hinreise
heenreis Hinreise
heenrit Hinfahrt; Hinreise Herüberfahren
heenweg Hinfahrt; Hinreise
uitreis Hinreise