Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Kreditor:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kreditor (Duits) in het Nederlands

Kreditor:

Kreditor [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Kreditor (Gläubiger; Kreditgeber)
    de crediteur
  2. der Kreditor (Gläubiger)
    de schuldeiser
  3. der Kreditor (Schuldner; Gläubiger; Debitor; Kreditgeber; Debitorin)
    de schuldenaar
  4. der Kreditor (Lieferant; Händler; Anbieter)
    de leverancier

Vertaal Matrix voor Kreditor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crediteur Gläubiger; Kreditgeber; Kreditor
leverancier Anbieter; Händler; Kreditor; Lieferant Lieferant; Zulieferbetrieb
schuldeiser Gläubiger; Kreditor
schuldenaar Debitor; Debitorin; Gläubiger; Kreditgeber; Kreditor; Schuldner

Synoniemen voor "Kreditor":


Verwante vertalingen van Kreditor