Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Leichtgläubigkeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Leichtgläubigkeit (Duits) in het Nederlands

Leichtgläubigkeit:

Leichtgläubigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Leichtgläubigkeit (Gutgläubigkeit)
    de naïviteit; de goedgelovigheid; de lichtgelovigheid; de naïveteit

Vertaal Matrix voor Leichtgläubigkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
goedgelovigheid Gutgläubigkeit; Leichtgläubigkeit
lichtgelovigheid Gutgläubigkeit; Leichtgläubigkeit
naïveteit Gutgläubigkeit; Leichtgläubigkeit Albernheit; Einfachheit; Einfalt; Einfältigkeit; Geistlosigkeit; Gutgläubigkeit; Kindlichkeit; Naivität; Schlichtheit; Unschuld; Unverdorbenheit
naïviteit Gutgläubigkeit; Leichtgläubigkeit Albernheit; Einfachheit; Einfalt; Einfältigkeit; Geistlosigkeit; Gutgläubigkeit; Kindlichkeit; Naivität; Schlichtheit; Unschuld

Synoniemen voor "Leichtgläubigkeit":


Wiktionary: Leichtgläubigkeit


Cross Translation:
FromToVia
Leichtgläubigkeit lichtgelovigheid gullibility — quality of being easily deceived

Computer vertaling door derden: