Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Ranzen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ranzen (Duits) in het Nederlands

Ranzen:

Ranzen [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Ranzen (Knappsack; Rucksack)
    de knapzak; de ransel
    • knapzak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • ransel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ranzen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knapzak Knappsack; Ranzen; Rucksack
ransel Knappsack; Ranzen; Rucksack

Synoniemen voor "Ranzen":


Wiktionary: Ranzen


Cross Translation:
FromToVia
Ranzen buik gut — abdomen