Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Säulensockel:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Säulensockel (Duits) in het Nederlands

Säulensockel:

Säulensockel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Säulensockel (Säulenfuß)
    de sokkel; de voetstuk; zuilvoet
    • sokkel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • voetstuk [de ~] zelfstandig naamwoord
    • zuilvoet [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Säulensockel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sokkel Säulenfuß; Säulensockel
voetstuk Säulenfuß; Säulensockel
zuilvoet Säulenfuß; Säulensockel