Duits

Uitgebreide vertaling voor Schacherer (Duits) in het Nederlands

Schacherer:

Schacherer [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schacherer (Frager)
    de bietser
    • bietser [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Schacherer (Pfennigfuchser; Knauser; Frager)
    de sjacheraar; louche handelaar
  3. der Schacherer
    de sjacheraars
  4. der Schacherer (Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser)
    de krentenweger; de vrek; de schraper; de gierigaard; de krent; knibbelaar
    • krentenweger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vrek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schraper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gierigaard [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • krent [de ~] zelfstandig naamwoord
    • knibbelaar [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schacherer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bietser Frager; Schacherer
gierigaard Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer
knibbelaar Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer
krent Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer
krentenweger Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer
louche handelaar Frager; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer
schraper Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer Kratzer; Schabeisen; Schaber
sjacheraar Frager; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer
sjacheraars Schacherer
vrek Geizhals; Knauser; Pfennigfuchser; Schacherer Geizhals; Geizhälse