Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Speiche:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Speiche (Duits) in het Nederlands

Speiche:

Speiche [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Speiche (Spake)
    de spaak
    • spaak [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Speiche (Spake)
    wielspaak; spaak van een fietswiel
  3. die Speiche
    het spaakbeen

Vertaal Matrix voor Speiche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spaak Spake; Speiche
spaak van een fietswiel Spake; Speiche
spaakbeen Speiche
wielspaak Spake; Speiche

Synoniemen voor "Speiche":

  • Radspeiche

Wiktionary: Speiche

Speiche
noun
  1. een staaf die de naaf en de velg van een wiel verbindt
  2. bot in de onderarm

Cross Translation:
FromToVia
Speiche spaakbeen radius — bone (human)
Speiche spaak spoke — part of a wheel
Speiche spaake rayon — Baguette qui relie le moyeu à la jante de la roue.