Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. anführend:


Duits

Uitgebreide vertaling voor anführend (Duits) in het Nederlands

anführend:

anführend bijvoeglijk naamwoord

  1. anführend (leitend; tonangebend; führend)
    leidend; eerste; aanvoerend

Vertaal Matrix voor anführend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eerste erster
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanvoerend anführend; führend; leitend; tonangebend
eerste anführend; führend; leitend; tonangebend erste; erster; erstes
leidend anführend; führend; leitend; tonangebend davor; führend; leitend; tonangebend; vor allen