Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. auszuhalten:


Duits

Uitgebreide vertaling voor auszuhalten (Duits) in het Nederlands

auszuhalten:

auszuhalten bijvoeglijk naamwoord

  1. auszuhalten
    houdbaar; uit te houden

Vertaal Matrix voor auszuhalten:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
houdbaar auszuhalten haltbar; konservierbar; zu verteidigen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uit te houden auszuhalten