Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. die Hoffnung aufgeben:


Duits

Uitgebreide vertaling voor die Hoffnung aufgeben (Duits) in het Nederlands

die Hoffnung aufgeben:

die Hoffnung aufgeben werkwoord

  1. die Hoffnung aufgeben (aufgeben)
    opgeven; hoop opgeven
    • opgeven werkwoord (geef op, geeft op, gaf op, gaven op, opgegeven)
    • hoop opgeven werkwoord (geef hoop op, geeft hoop op, gaf hoop op, gaven hoop op, hoop opgegeven)

Vertaal Matrix voor die Hoffnung aufgeben:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opgeven Anfragen; Anmelden; Anzeigen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoop opgeven aufgeben; die Hoffnung aufgeben
opgeven aufgeben; die Hoffnung aufgeben abfallen; abhängen; abkoppeln; abtrennen; anmelden; aufgeben; ausfallen; aushändigen; ausliefern; ausscheiden; einschreiben; eintragen; entkoppeln; etwas aufgeben; in den Sack hauen; kaitulieren; kapitulieren; loshaken; loskoppeln; opfern; verzichten; zurücktreten; übergeben

Verwante vertalingen van die Hoffnung aufgeben