Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor dreifach (Duits) in het Nederlands

dreifach:

dreifach bijvoeglijk naamwoord

  1. dreifach (doppelt und dreifach)
    drievoudig; triplex; triplo
  2. dreifach (doppelt und dreifach; dreifältig; groß)
    driedubbel; drievoudig; driemaal zo groot
  3. dreifach
    driewerf

Vertaal Matrix voor dreifach:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
triplex Sperrholz
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
driedubbel doppelt und dreifach; dreifach; dreifältig; groß
drievoudig doppelt und dreifach; dreifach; dreifältig; groß
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
driewerf dreifach
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
driemaal zo groot doppelt und dreifach; dreifach; dreifältig; groß
triplex doppelt und dreifach; dreifach
triplo doppelt und dreifach; dreifach

Synoniemen voor "dreifach":

  • aus drei Grundeinheiten bestehend; ternär; trinär

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van dreifach