Duits
Uitgebreide vertaling voor gebieterisch (Duits) in het Nederlands
gebieterisch:
-
gebieterisch (herrisch; herrschsüchtig)
-
gebieterisch (strikt; streng; unerbittlich; gerade; genau; gewissenhaft)
streng; strikt; stringent; onvermurwbaar-
streng bijvoeglijk naamwoord
-
strikt bijvoeglijk naamwoord
-
stringent bijvoeglijk naamwoord
-
onvermurwbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
gebieterisch
-
gebieterisch (herrschsüchtig; herrisch)
heerszuchtig-
heerszuchtig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gebieterisch:
Synoniemen voor "gebieterisch":
Computer vertaling door derden: