Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. nicht hell:


Duits

Uitgebreide vertaling voor nicht hell (Duits) in het Nederlands

nicht hell:

nicht hell bijvoeglijk naamwoord

  1. nicht hell (matt; dumpfig; stumpf; )
    mat; dof; flets; niet helder
    • mat bijvoeglijk naamwoord
    • dof bijvoeglijk naamwoord
    • flets bijvoeglijk naamwoord
    • niet helder bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor nicht hell:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mat Fußmatte; Matte; Rasendecke; Setdeckchen; Unterlage; Untersetzer; Vorleger
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dof beschlagen; blind; dumpfig; farblos; flau; glanzlos; grau; hohl; matt; nicht hell; schlaff; schlapp; schwach; stumpf beschlagen; betäubt; dumpf; duselig; dösig; farblos; glanzlos; grau; matt; mattiert; stumpf; stumpfsinnig; trüb; trübe
flets beschlagen; blind; dumpfig; farblos; flau; glanzlos; grau; hohl; matt; nicht hell; schlaff; schlapp; schwach; stumpf ausgebleicht; blaß; bleich; fahl; falb; farblos; glanzlos; matt; schal; verschlissen; verschossen; verwaschen; welk
mat beschlagen; blind; dumpfig; farblos; flau; glanzlos; grau; hohl; matt; nicht hell; schlaff; schlapp; schwach; stumpf abständlich; beschlagen; betäubt; bleich; dumpf; duselig; dösig; farblos; freudlos; glanzlos; grau; kühl; lahm; lustlos; matt; mattiert; schlaff; schlapp; stumpf; stumpfsinnig; träge; trüb; trübe; zurückhaltend
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
niet helder beschlagen; blind; dumpfig; farblos; flau; glanzlos; grau; hohl; matt; nicht hell; schlaff; schlapp; schwach; stumpf dumpf; dumpfig; dunkel; finster; fragwürdig; grob; halblaut; schattenhaft; schwammig; trüb; trübe; unbestimmt; undeutlich; ungewiß; unklar; vage; verschwommen; verworren

Verwante vertalingen van nicht hell