Duits
Uitgebreide vertaling voor schuppig (Duits) in het Nederlands
schuppig:
-
schuppig (mit Schuppen bedeckt sein)
geschubd; met schubben bedekt-
geschubd bijvoeglijk naamwoord
-
met schubben bedekt bijvoeglijk naamwoord
-
-
schuppig
schilferig-
schilferig bijvoeglijk naamwoord
-
-
schuppig (schuppenartig; schuppenförmig)
schubachtig-
schubachtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
schuppig (schuppenförmig; schuppenartig)
schubvormig-
schubvormig bijvoeglijk naamwoord
-
-
schuppig (schilfernd; schuppenartig; schuppenförmig)
schilferachtig-
schilferachtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
schuppig (schilfernd; schuppenartig; schuppenförmig)
schilferend-
schilferend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor schuppig:
| Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| geschubd | mit Schuppen bedeckt sein; schuppig | |
| schilferachtig | schilfernd; schuppenartig; schuppenförmig; schuppig | |
| schilferig | schuppig | |
| schubachtig | schuppenartig; schuppenförmig; schuppig | |
| schubvormig | schuppenartig; schuppenförmig; schuppig | |
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| met schubben bedekt | mit Schuppen bedeckt sein; schuppig | |
| schilferend | schilfernd; schuppenartig; schuppenförmig; schuppig |