Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal selbstlos

Vertaal selbstlos van Duits naar Nederlands

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

selbstlos:
- belangeloos; onbaatzuchtig; onzelfzuchtig; niet egoïstisch
Wiktionary:
- selbstlos → belangeloos
- selbstlos → onbaatzuchtig, onzelfzuchtig

Duits

Uitgebreide vertaling voor selbstlos (Duits) in het Nederlands

selbstlos:

selbstlos bijvoeglijk naamwoord

selbstlos (uneigennützig)
belangeloos; onbaatzuchtig
- belangeloos bijvoeglijk naamwoord
- onbaatzuchtig bijvoeglijk naamwoord
selbstlos (uneigennützig)
onzelfzuchtig; niet egoïstisch
- onzelfzuchtig bijvoeglijk naamwoord
- niet egoïstisch bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor selbstlos:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
belangeloos	selbstlos; uneigennützig
onbaatzuchtig	selbstlos; uneigennützig
onzelfzuchtig	selbstlos; uneigennützig
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
niet egoïstisch	selbstlos; uneigennützig

Synoniemen voor "selbstlos":

altruistisch; aufopfernd; edel; hilfsbereit; solidarisch; uneigennützig

Wiktionary: selbstlos

selbstlos

adjective

uit liefdadigheid
- belangeloos → uneigennützig; selbstlos

Cross Translation:

From	To	Via
• selbstlos	→ onbaatzuchtig; onzelfzuchtig	↔ unselfish — not selfish; selfless; generous; altruistic