Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. sich abfinden:


Duits

Uitgebreide vertaling voor sich abfinden (Duits) in het Nederlands

sich abfinden:

sich abfinden werkwoord

  1. sich abfinden (sich fügen)
    neerleggen bij
    • neerleggen bij werkwoord (leg neer bij, legt neer bij, legde neer bij, legden neer bij, neergelegd bij)

Vertaal Matrix voor sich abfinden:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
neerleggen bij sich abfinden; sich fügen

Synoniemen voor "sich abfinden":

  • aufgeben; dem Schicksal ergeben; dem Schicksal fügen; geschlagen geben; ins Bockshorn jagen lassen; das Handtuch schmeißen; das Handtuch werfen; die Flinte ins Korn werfen; resignieren; sich beugen

Verwante vertalingen van sich abfinden