Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. steinern:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor steinern (Duits) in het Nederlands

steinern:

steinern bijvoeglijk naamwoord

  1. steinern
    stenen
    • stenen bijvoeglijk naamwoord
  2. steinern (aus Stein)
    stenen; van steen
  3. steinern (versteinert)
    versteend
  4. steinern (eisig; eiskalt; grausig; )
    ijzig; ijskoud; steenkoud; bitterkoud

Vertaal Matrix voor steinern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stenen Steine
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bitterkoud eisig; eiskalt; frostig; grauenerregend; grausig; gräßlich; kalt; kaltschnäuzig; schauderhaft; scheußlich kalt; steinern
ijskoud eisig; eiskalt; frostig; grauenerregend; grausig; gräßlich; kalt; kaltschnäuzig; schauderhaft; scheußlich kalt; steinern eisig; eiskalt; frostig
ijzig eisig; eiskalt; frostig; grauenerregend; grausig; gräßlich; kalt; kaltschnäuzig; schauderhaft; scheußlich kalt; steinern
steenkoud eisig; eiskalt; frostig; grauenerregend; grausig; gräßlich; kalt; kaltschnäuzig; schauderhaft; scheußlich kalt; steinern
stenen aus Stein; steinern
versteend steinern; versteinert
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
van steen aus Stein; steinern

Synoniemen voor "steinern":


Wiktionary: steinern


Cross Translation:
FromToVia
steinern stenen stone — constructed of stone
steinern stenen stone — having the appearance of stone

Computer vertaling door derden: