Duits

Uitgebreide vertaling voor unverzagt (Duits) in het Nederlands

unverzagt:

unverzagt bijvoeglijk naamwoord

  1. unverzagt (furchtlos; unerschrocken)
    onverschrokken; onversaagd; zonder vrees
  2. unverzagt (furchtlos; mutig; freimütig; )
    stoutmoedig; koen; onbeducht; onverschrokken; onbevreesd; vermetel; manmoedig; onvervaard; kranig

Vertaal Matrix voor unverzagt:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
koen freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig
kranig freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig
manmoedig freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig
onbevreesd freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig
onversaagd furchtlos; unerschrocken; unverzagt
onverschrokken freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig aufrecht; beherzt; brav; entschieden; entschlossen; heldenhaft; heldenmütig; heroisch; kaltblütig; kühn; mannhaft; mit größter Seelenruhe; mutig; schneidig; seelenruhig; stark; stattlich; stolz; tapfer; unerschrocken; wagemutig
onvervaard freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig
stoutmoedig freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig aufrecht; beherzt; brav; dreist; entschieden; entschlossen; frech; freimütig; heldenhaft; heldenmütig; heroisch; kaltblütig; keck; kühn; mannhaft; mutig; offen; onverfroren; schneidig; stark; stattlich; stolz; tapfer; unerschrocken; unverschämt; wagemutig
vermetel freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig draufgängerisch; keck; leichtsinnig; tollkühn; unbesonnen; verwegen; waghalsig; übermütig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onbeducht freimütig; furchtlos; gewagt; keck; kühn; mannhaft; mutig; tapfer; unerschrocken; unverzagt; wagemutig
zonder vrees furchtlos; unerschrocken; unverzagt

Synoniemen voor "unverzagt":


Computer vertaling door derden: