Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor zweideutig (Duits) in het Nederlands

zweideutig:

zweideutig bijvoeglijk naamwoord

  1. zweideutig (nicht eindeutig; schlüpfrig; doppeldeutig; mehrdeutig)
    meerduidig; dubbelzinnig
  2. zweideutig
    tweeslachtig
  3. zweideutig (doppeldeutig; doppelsinnig)
  4. zweideutig (schlüpfrig; doppelsinnig; doppeldeutig)

Vertaal Matrix voor zweideutig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dubbelzinnig doppeldeutig; doppelsinnig; mehrdeutig; nicht eindeutig; schlüpfrig; zweideutig
meerduidig doppeldeutig; mehrdeutig; nicht eindeutig; schlüpfrig; zweideutig
tweeslachtig zweideutig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
meer betekenissen hebbende doppeldeutig; doppelsinnig; zweideutig
met een obscene bijbetekenis doppeldeutig; doppelsinnig; schlüpfrig; zweideutig

Synoniemen voor "zweideutig":


Wiktionary: zweideutig


Cross Translation:
FromToVia
zweideutig dubbelslachtig; dubbelzinnig ambigu — Qui peut être comprendre dans deux sens.
zweideutig dubbelslachtig; dubbelzinnig amphibologique — Qui a double sens.

Computer vertaling door derden: