Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Angaffen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Angaffen (Duits) in het Zweeds

Angaffen:

Angaffen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Angaffen (Anstaunen)
    begapande
  2. Angaffen (Anstarren; Anglotzen)
    stirra på; glo på

Vertaal Matrix voor Angaffen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
begapande Angaffen; Anstaunen
glo på Angaffen; Anglotzen; Anstarren
stirra på Angaffen; Anglotzen; Anstarren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stirra på anblicken; angaffen; anglotzen; anschauen; ansehen; betrachten; gaffen; gucken; schauen; sehen; starren; stieren; wahrnehmen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stirra på angestarrt