Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Beschauer:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Beschauer (Duits) in het Zweeds

Beschauer:

Beschauer [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Beschauer (Waarenprüfer)
    provtagare; provsmakare
  2. der Beschauer (Betrachter)
    betraktare; beskådare

Vertaal Matrix voor Beschauer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beskådare Beschauer; Betrachter
betraktare Beschauer; Betrachter Beobachter; Observator
provsmakare Beschauer; Waarenprüfer Flicken; Stopflappen
provtagare Beschauer; Waarenprüfer Flicken; Stopflappen