Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Burgschloß:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Burgschloß (Duits) in het Zweeds

Burgschloß:

Burgschloß [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Burgschloß (Burg; Ritterschloß)
    slott
    • slott [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. Burgschloß (Ritterschloß; Schloß; Fort; Burg; Zitadelle)
    slott; borg; riddarborg
    • slott [-ett] zelfstandig naamwoord
    • borg zelfstandig naamwoord
    • riddarborg zelfstandig naamwoord
  3. Burgschloß (Fahrradschloss; Fort; Ritterschloß; Ergebnis)
    cykellås

Vertaal Matrix voor Burgschloß:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borg Burg; Burgschloß; Fort; Ritterschloß; Schloß; Zitadelle Bollwerk; Herz
cykellås Burgschloß; Ergebnis; Fahrradschloss; Fort; Ritterschloß
riddarborg Burg; Burgschloß; Fort; Ritterschloß; Schloß; Zitadelle
slott Burg; Burgschloß; Fort; Ritterschloß; Schloß; Zitadelle Burgschlösser; Schlösser; Türme

Computer vertaling door derden: