Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Distribution:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Distribution (Duits) in het Zweeds

Distribution:

Distribution [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Distribution (Rationierung; Verteilung; Zwangsbewirtschaftung; Zuteilung; Güterverteilung)
    ransonering
  2. die Distribution (Verbreitung; Verteilung; Güterverteilung; Zwangsbewirtschaftung)
    spridande
  3. die Distribution (Ausgabe; Erteilung; Herausgabe; Emission)
    distribution; utdelning; utgåva

Vertaal Matrix voor Distribution:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
distribution Ausgabe; Distribution; Emission; Erteilung; Herausgabe Bereitstellung; Softwarebereitstellung
ransonering Distribution; Güterverteilung; Rationierung; Verteilung; Zuteilung; Zwangsbewirtschaftung
spridande Distribution; Güterverteilung; Verbreitung; Verteilung; Zwangsbewirtschaftung
utdelning Ausgabe; Distribution; Emission; Erteilung; Herausgabe Ablieferung; Auslieferung; Beförderung; Einschickung; Lieferung; Sendung; Versand; Versandung; Versendung
utgåva Ausgabe; Distribution; Emission; Erteilung; Herausgabe Auflage; Ausgabe; Druck; Fassung; Folge; Version
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spridande auseinandergetrieben

Synoniemen voor "Distribution":


Wiktionary: Distribution

Distribution
noun
  1. Verteilung, Verteiltsein, Verbreitetsein

Cross Translation:
FromToVia
Distribution distribution; fördelning distribution — act of distribution or being distributed
Distribution distribution distribution — process by which commodities get to final consumers
Distribution distribution; fördelning distribution — frequency of occurrence or extent of existence
Distribution fördelning; distribution distribution — the result of distributing; arrangement
Distribution fördelning distribution — distribution in statistics