Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Erbrechen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Erbrechen (Duits) in het Zweeds

Erbrechen:

Erbrechen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Erbrechen (Kotzen)
    kräkande; spyende

Vertaal Matrix voor Erbrechen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kräkande Erbrechen; Kotzen
spyende Erbrechen; Kotzen

Synoniemen voor "Erbrechen":


Wiktionary: Erbrechen

Erbrechen
noun
  1. Öffnung eines verschlossenen Gegenstandes mit Gewalt
  2. Entleerung des Magens über den Mund

Verwante vertalingen van Erbrechen