Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Erzieher

Vertaal Erzieher van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Erzieher:
- lärare; skolmästare; instruktör; skollärare
Wiktionary:
- Erzieher → fostrare

Duits

Uitgebreide vertaling voor Erzieher (Duits) in het Zweeds

Erzieher:

Erzieher [der ~] zelfstandig naamwoord

der Erzieher (Lehrer)
lärare
- lärare [-en] zelfstandig naamwoord
der Erzieher (Lehrer; Schulmeister; Lehrmeister; Lehrkraft; Herr Lehrer; Ausbilder)
skolmästare; lärare; instruktör; skollärare
- skolmästare [-en] zelfstandig naamwoord
- lärare [-en] zelfstandig naamwoord
- instruktör [-en] zelfstandig naamwoord
- skollärare [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Erzieher:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
instruktör	Ausbilder; Erzieher; Herr Lehrer; Lehrer; Lehrkraft; Lehrmeister; Schulmeister	Ausbilder; Lehrer; Lehrkraft; Trainer; Übungsleiter
lärare	Ausbilder; Erzieher; Herr Lehrer; Lehrer; Lehrkraft; Lehrmeister; Schulmeister	Ausbilder; Dozenten; Erzieherin; Lehrer; Lehrerin; Lehrkraft; Lehrmeister; Magister; Schulmeister
skollärare	Ausbilder; Erzieher; Herr Lehrer; Lehrer; Lehrkraft; Lehrmeister; Schulmeister	Lehrer; Lehrkraft; Pauker
skolmästare	Ausbilder; Erzieher; Herr Lehrer; Lehrer; Lehrkraft; Lehrmeister; Schulmeister

Synoniemen voor "Erzieher":

Pädagoge; Berufstätiger

Wiktionary: Erzieher

Erzieher

noun

pädagogischer Beruf, bei dem Kindern und Jugendlichen soziale Verhaltensregeln und Bildungsinhalte vermittelt werden
- Erzieher → fostrare