Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Frondienst:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Frondienst (Duits) in het Zweeds

Frondienst:

Frondienst [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Frondienst (Küchendienst; Tischdienst; Stubendienst; Dienst; Flurdienst)
    kökstjänst
  2. der Frondienst (Fronarbeit)
    tvångsarbete; dagsverke; påtvingad arbete

Vertaal Matrix voor Frondienst:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dagsverke Fronarbeit; Frondienst Tagesarbeit; Tagesaufgabe
kökstjänst Dienst; Flurdienst; Frondienst; Küchendienst; Stubendienst; Tischdienst
påtvingad arbete Fronarbeit; Frondienst
tvångsarbete Fronarbeit; Frondienst

Synoniemen voor "Frondienst":


Wiktionary: Frondienst

Frondienst
noun
  1. historisch: unentgeltliche, meist zwangsweise erhobene Dienstleistung für einen Grundherren