Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Generator:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Generator (Duits) in het Zweeds

Generator:

Generator [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Generator (Erzeuger; Hervorbringer; Produzent)
    generator; alstrare
  2. der Generator
    verktyg
    • verktyg [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Generator:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alstrare Erzeuger; Generator; Hervorbringer; Produzent Erreger; Erzeuger
generator Erzeuger; Generator; Hervorbringer; Produzent
verktyg Generator Gerät; Handwerkzeug; Tool; Werkzeug

Synoniemen voor "Generator":


Wiktionary: Generator

Generator
noun
  1. Apparat zur Gaserzeugung aus festen Brennstoffen
  2. Computerprogramm, das aus einer Eingabe eine Zeichenfolge, ein Bild oder ein Audiosignal erzeugt
  3. Maschine, die mechanische in elektrische Energie umwandelt

Cross Translation:
FromToVia
Generator generator generator — apparatus: electrical generator