Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Gequengel:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gequengel (Duits) in het Zweeds

Gequengel:

Gequengel [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Gequengel (Getratsche; Gejammer; Genörgel; Geleier; Gequake)
    gnatande; tjatande
  2. Gequengel (Herumtollen; Geschwätz; Klönen; )
    lek; stoj
    • lek [-en] zelfstandig naamwoord
    • stoj [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Gequengel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gnatande Gejammer; Geleier; Genörgel; Gequake; Gequengel; Getratsche
lek Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen Abweichung; Glücksspiel; Kartenstapel; Marge; Spiel; Spielchen; Stapel
stoj Geleier; Genörgel; Gequengel; Geschwätz; Geseire; Getratsch; Gezänk; Herumtollen; Klönen
tjatande Gejammer; Geleier; Genörgel; Gequake; Gequengel; Getratsche
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gnatande tatelzüchtig

Computer vertaling door derden: