Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Häftling

Vertaal Häftling van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Häftling:
- fånge; arrestant; straffånge; internerade; intern
Wiktionary:
- Häftling → intern, fängelseintern, fånge

Duits

Uitgebreide vertaling voor Häftling (Duits) in het Zweeds

Häftling:

Häftling [der ~] zelfstandig naamwoord

der Häftling (Arrestant; Verhaftete)
fånge; arrestant
- fånge zelfstandig naamwoord
- arrestant [-en] zelfstandig naamwoord
der Häftling (Gefangene; Verhaftete; Sträfling)
straffånge
- straffånge zelfstandig naamwoord
der Häftling (geinternierte; Gefangene; Sträfling)
fånge; internerade
- fånge zelfstandig naamwoord
- internerade zelfstandig naamwoord
der Häftling
intern
- intern

Vertaal Matrix voor Häftling:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
arrestant	Arrestant; Häftling; Verhaftete
fånge	Arrestant; Gefangene; Häftling; Sträfling; Verhaftete; geinternierte	Gefangene; Verurteilte
internerade	Gefangene; Häftling; Sträfling; geinternierte
straffånge	Gefangene; Häftling; Sträfling; Verhaftete	Zwangsarbeiter
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
intern	Häftling

Synoniemen voor "Häftling":

Gefängnisinsasse; Knacki; Sträfling; Verurteilter; Zuchthäusler; Gesetzesbrecher; Krimineller; schwerer Junge; Straftäter; Täter; Verbrecher
Arrestant; Gefangener; Gefangengenommener; Inhaftierter; Insasse; Knastbruder; Knasti; Strafgefangener; Verhafteter

Wiktionary: Häftling

Häftling

noun

Person, die im Gefängnis eingesperrt ist
- Häftling → intern; fängelseintern; fånge