Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Liguster:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Liguster (Duits) in het Zweeds

Liguster:

Liguster [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Liguster (Hecke; Hag; Zaun; Spalier)
    häck; rad av buskar eller träd

Vertaal Matrix voor Liguster:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
häck Hag; Hecke; Liguster; Spalier; Zaun Hindernis; Hürde; Zäune
rad av buskar eller träd Hag; Hecke; Liguster; Spalier; Zaun

Wiktionary: Liguster

Liguster
noun
  1. Botanik: Vertreter der Gattung Ligustrum aus der Familie der Ölbaumgewächse
  2. Botanik, speziell: die beliebte Heckenpflanze Ligustrum vulgare