Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Linderung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Linderung (Duits) in het Zweeds

Linderung:

Linderung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Linderung (Erleichterung; Milderung)
    lättnad; lindring
  2. die Linderung (Milderung; Erleichterung)
    mildrande
  3. die Linderung (Erleichterung; Trost; aushilfe)
    lindrande

Vertaal Matrix voor Linderung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lindrande Erleichterung; Linderung; Trost; aushilfe
lindring Erleichterung; Linderung; Milderung Entsatz; Zusprüchen; trostungen
lättnad Erleichterung; Linderung; Milderung Abhilfe; Absetzung; Aufhellung; Aufklärung; Aufnahme; Aufwartung; Aushilfe; Ausschüttung; Ausspannung; Beruhigung; Enthebung; Entladung; Entsatz; Entspannung; Erleichterung; Relief
mildrande Erleichterung; Linderung; Milderung
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mildrande lindern; mildern; mildernd

Synoniemen voor "Linderung":


Wiktionary: Linderung

Linderung
noun
  1. Abnahme oder Verringerung einer unangenehmen Erscheinung (Leiden, Schmerzen)

Cross Translation:
FromToVia
Linderung lindring; lisa; lättnad; tröst soulagementdiminution de mal, de douleur, adoucissement d’une peine de corps ou d’esprit.

Computer vertaling door derden: