Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Mörtel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Mörtel (Duits) in het Zweeds

Mörtel:

Mörtel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Mörtel
    mortel
    • mortel [-en] zelfstandig naamwoord
  2. der Mörtel (Zementuntergrund)
    cementlager
  3. der Mörtel (Maurerkalk)
    mortel; murbruk
    • mortel [-en] zelfstandig naamwoord
    • murbruk [-ett] zelfstandig naamwoord
  4. der Mörtel (Schulkreide)
    krita
    • krita [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mörtel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cementlager Mörtel; Zementuntergrund
krita Mörtel; Schulkreide Buntstift; Farbstift; Kreide; Kreidestift; Merlan; Stück Kreide; Wittling; Zeichenkreide
mortel Maurerkalk; Mörtel Mörser
murbruk Maurerkalk; Mörtel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
krita Kreide hinzufügen; kreiden

Synoniemen voor "Mörtel":


Wiktionary: Mörtel

Mörtel
noun
  1. Architektur, Bauwesen: ein Mittel zur festen Verbindung von Steinen sowie zum Schutz vor Witterungseinflüssen von Mauerwerken im Außenbereich