Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Mitbewerber:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Mitbewerber (Duits) in het Zweeds

Mitbewerber:

Mitbewerber [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Mitbewerber (Konkurrent; Nebenbuhler; Rivale)
    rival; konkurrent; medtävlare
  2. der Mitbewerber (Interessent; Kanditat)
    kandidat; sökande
  3. der Mitbewerber
    konkurrent

Vertaal Matrix voor Mitbewerber:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kandidat Interessent; Kanditat; Mitbewerber Anwärterin; Kandidat; Kandidatur; Kanidatstellung
konkurrent Konkurrent; Mitbewerber; Nebenbuhler; Rivale Gegenkandidat; Gegenspieler; Gegner; Konkurrent; Rival; Rivale
medtävlare Konkurrent; Mitbewerber; Nebenbuhler; Rivale Gegenspieler; Gegner; Konkurrent; Rival; Rivale
rival Konkurrent; Mitbewerber; Nebenbuhler; Rivale Gegenspieler; Gegner; Konkurrent; Rival; Rivale
sökande Interessent; Kanditat; Mitbewerber Anfänger; Antragsteller; Anwärter; Anwärterin; Aspirant; Bewerber; Bittende; Ersucher; Kandidatur; Kanidatstellung; Suchen

Synoniemen voor "Mitbewerber":