Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Nacktheit

Vertaal Nacktheit van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Nacktheit:
- nakenhet; mod; modighet
Wiktionary:
- Nacktheit → nakenhet
- Nacktheit → nakenhet

Duits

Uitgebreide vertaling voor Nacktheit (Duits) in het Zweeds

Nacktheit:

Nacktheit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Nacktheit (Blöße)
nakenhet
- nakenhet [-en] zelfstandig naamwoord
die Nacktheit (Kahlköpfigkeit; Kahlheit)
mod; modighet
- mod zelfstandig naamwoord
- modighet zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Nacktheit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mod	Kahlheit; Kahlköpfigkeit; Nacktheit	Courage; Gewagtheit; Heldentat; Kühnheit; Mumm; Mut; Rüstigkeit; Schneid; Schneidigkeit; Stattlichkeit; Stämmigkeit; Tapferkeit; Tollkühnheit; Tüchtigkeit; Verwegenheit; Wagemut
modighet	Kahlheit; Kahlköpfigkeit; Nacktheit	Heroismus
nakenhet	Blöße; Nacktheit

Synoniemen voor "Nacktheit":

Blöße

Wiktionary: Nacktheit

Nacktheit

noun

bildlich: Kahlheit
- Nacktheit → nakenhet
Zustand, in dem man unbekleidet ist
- Nacktheit → nakenhet

Cross Translation:

From	To	Via
• Nacktheit	→ nakenhet	↔ nudity — the state of being without clothing on the body