Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Nebengeschmack (Duits) in het Zweeds

Nebengeschmack:

Nebengeschmack [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Nebengeschmack (Beigeschmack)
    bismak; underlig smak
  2. der Nebengeschmack (Beigeschmack)

Vertaal Matrix voor Nebengeschmack:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bismak Beigeschmack; Nebengeschmack Geschmack
konstig smak Beigeschmack; Nebengeschmack
något fiskigt över det hela Beigeschmack; Nebengeschmack
underlig smak Beigeschmack; Nebengeschmack