Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Opportunist:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Opportunist (Duits) in het Zweeds

Opportunist:

Opportunist [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Opportunist
    opportunist
  2. der Opportunist (Wendehals)
    otålig person; orolig person; nervös person

Vertaal Matrix voor Opportunist:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nervös person Opportunist; Wendehals
opportunist Opportunist Mitläufer
orolig person Opportunist; Wendehals
otålig person Opportunist; Wendehals

Synoniemen voor "Opportunist":


Wiktionary: Opportunist

Opportunist
noun
  1. ein Anlegertyp, der Trends für seine Kapitalanlageentscheidungen nutzt
  2. jemand, der dem Opportunismus folgt, der sich der jeweiligen Lage anpasst
  3. Medizin: ein Erreger, der nur aufgrund besondere Umstände zu einer Krankheit führt

Computer vertaling door derden: