Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Rüge:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Rüge (Duits) in het Zweeds

Rüge:

Rüge [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Rüge (Tadel; Verweis; Rüffel; )
    skrapa; tillrättavisning
  2. die Rüge (Zurechtweisung; Verweis; Tadel; Belehrung)
    reprimand

Vertaal Matrix voor Rüge:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
reprimand Belehrung; Rüge; Tadel; Verweis; Zurechtweisung
skrapa Bestrafung; Ermahnung; Rüffel; Rüge; Tadel; Verweis; Zurechtweisung Harke; Kratzer; Rechen; Schramme
tillrättavisning Bestrafung; Ermahnung; Rüffel; Rüge; Tadel; Verweis; Zurechtweisung Ermahnung; Mahnung; Tadel; Verwarnung; Verweis; Zurechtweisung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skrapa abkratzen; harken; kratzen; kritzeln; rechen

Synoniemen voor "Rüge":


Wiktionary: Rüge


Cross Translation:
FromToVia
Rüge maning avertissementavis qu’on donne à quelqu’un de quelque chose, afin qu’il y prendre garde.
Rüge maning; råd conseil — Traductions à trier suivant le sens
Rüge maning réprimandeblâme formuler.
Rüge maning sommationaction de sommer, de mettre en demeure.