Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Sünder:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sünder (Duits) in het Zweeds

Sünder:

Sünder [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Sünder (Verletzer; Unterbrecher; Übertreter)
    syndare
    • syndare [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sünder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
syndare Sünder; Unterbrecher; Verletzer; Übertreter Verbrecher; Übertreter

Wiktionary: Sünder

Sünder
noun
  1. jemand, der eine Sünde begangen hat