Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Tugendhaftigkeit:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Tugendhaftigkeit (Duits) in het Zweeds

Tugendhaftigkeit:

Tugendhaftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Tugendhaftigkeit (Rechtschaffenheit; Sittsamkeit)
    hederlighet; artighet; rättskaffenhet

Vertaal Matrix voor Tugendhaftigkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
artighet Rechtschaffenheit; Sittsamkeit; Tugendhaftigkeit Anstand; Freundlichkeit; Gutartigkeit; Gutherzigkeit; Herzlichkeit; Höflichkeit; Korrektheit; Schicklichkeit; Sittsamkeit; Wohlwollen
hederlighet Rechtschaffenheit; Sittsamkeit; Tugendhaftigkeit
rättskaffenhet Rechtschaffenheit; Sittsamkeit; Tugendhaftigkeit Aufrichtigkeit; Ehrlichkeit; Gerechtigkeit; Wahrheitssinn

Synoniemen voor "Tugendhaftigkeit":