Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Untauglichkeit:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Untauglichkeit (Duits) in het Zweeds

Untauglichkeit:

Untauglichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Untauglichkeit (Inkompetenz; Unfähigkeit)
    oförmåga; oduglighet; inkompetens

Vertaal Matrix voor Untauglichkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inkompetens Inkompetenz; Unfähigkeit; Untauglichkeit Inkompetenz; Unzuständigkeit; ohne Sachverstand
oduglighet Inkompetenz; Unfähigkeit; Untauglichkeit
oförmåga Inkompetenz; Unfähigkeit; Untauglichkeit Arbeitsunfähigkeit; Dienstunfähigkeit; Erwerbsunfähigkeit; Inkompetenz; Unzuständigkeit; ohne Sachverstand

Synoniemen voor "Untauglichkeit":


Computer vertaling door derden: